Opdracht 13: bijvoeglijk naamwoord

Noteer de bijvoeglijke naamwoorden.
1. Na een lange vliegreis landde Mariska in het warme Vietnam.
bn = ,

2. In een interessant filmpje liet een handige man zien hoe je met vochtig hout een vuurtje maakt.
bn = , ,

3. Het witte huis op de hoek staat al heel lang te koop, maar nu is er een serieuze koper.
bn = ,

4. Dat verwende, zeurende ventje huilt, omdat hij het grote cadeau wil hebben.
bn = , ,

5. Mijn superlieve oma bakt altijd een heerlijke taart voor mijn verjaardag.
bn = ,

6. Elzahra kreeg een grote doos met Belgische bonbons.
bn = ,